Hanoi
Oppervlakte329.560 km²
(7,9x Nederland)
6 uur later
TaalVietnamees, Chinees, Frans en Engels
Hoogste puntFan Si Pan - 3143 m
In 1955 werd deze vlag aangenomen als de vlag van Noord-Vietnam. Bij de vereniging van noord- en zuid Vietnam in 1976 werd het de nationale vlag van de Republiek Vietnam. De gele ster symboliseert het leiderschap van de Communistische Partij. De vijf punten van de ster staan voor de arbeiders, boeren, soldaten, intellectuelen en handelaars. Rood is het bloed van het volk en de communistische revolutie.
De Vietnamese Dong is sinds 1978 de munteenheid van Vietnam. Ho Chi Minh was communistisch leider die een sleutelrol had in de stichting van de Democratische Republiek Vietnam (Noord-Vietnam) in 1945, het Volksleger van Vietnam en de Vietcong tijdens de Vietnamoorlog. Hij was president van 1945 tot aan zijn dood in 1969.
In de kustplaats Nha Trang staan een paar tempels van de Cham
cultuur. De tempels zijn in 817 gebouwd. Ze zijn gewijd aan Uma,
de zwarte vrouw van Shiva. De brug over en linksaf kom je in een
arme visserswijk. De huisjes zijn krap en het geheel komt over
als een doolhof. Een "Hey you" en een wijzende vinger tonen de
uitgang wel weer. Wat je ook goed kunt in de omgeving van Nha
Trang, is snorkelen. In de ochtend wordt je van het hotel opgehaald
en met een boot vaar je naar het eiland Hon Mun. Daar wordt je
getrakteerd op een groot aantal exotische vissoorten.
Vlak onder Danang liggen de Marmerbergen, vijf heuvels waar veel
bedrijvigheid heerst. Er worden marmeren beelden vervaardigd. De
heuvels zelf zijn het toneel van een aantal tempels waarvan de
Huyen Khong grot de fraaiste is. Het 30 meter hoge plafond van de
grot heeft drie gaten waar licht op een kleine tempel binnen de
grot schijnt.
Hué was van 1802 tot 1945 de keizerlijke hoofdstad van
Vietnam. Net buiten Hué liggen tombes van keizers van de
Nguyen dynastie. De tombe van Tu Duc is een van de mooiste.
In het noordwesten van Vietnam bouwden de Fransen in 1922 op 1500 meter
een kuuroord, Sa Pa. In dit gebied leven 8 minderheden, Hmong,
Dao, Tay, Giay, Huong, Thai, Xao en Xa Pho. Je kunt hier
kleurrijke markten bezoeken en mooie wandelingen maken.
Hoi An is de parel van Vietnam. In de 16e en 17e eeuw was er een
grote haven. Japanners uit Nagasaki en Chinezen uit Fukien hadden
er hun eigen wijken en hadden er zelfs een vorm van eigen bestuur
met eigen wetten. Thans is het een gezellig stadje waar je met een
passe-partout de bezienswaardigheden en muziekvoorstellingen in
het oude deel van de stad kunt bezoeken.
Je kunt ook een excursie maken naar My Son, een tempelcomplex
in het binnenland. Van de oorspronkelijke 70 tempels zijn er slechts
zo'n 20 min of meer gespaard gebleven. De Vietcong had hier een
basis die zwaar werd gebombardeerd door de Amerikanen. De Cham
tempels werden tussen de 7e en 13e eeuw gebouwd.
Eind jaren '40 begon de Vietcong met de bouw van een uitgebreid
netwerk van tunnels in Cu Chi, ten westen van Ho Chi Minh City. Tijdens de
Vietnam oorlog lag er meer dan 200 km. De aarde in dit gebied is
zeer compact en stevig. Een luik in de grond is de toegang tot de
tunnel vlak onder het oppervlak. Het is erg goed gecamoufleerd.
Je moet er je armen recht omhoog steken, anders pas je er niet
door. De tunnel waar wij in kruipen is aangepast. Er worden ook
boobytraps gedemonstreerd. In Tay Ninh is een religieus centrum
van de Cao Dai. Een combinatie van Lao Tsé, Confucius, Jezus
en Boeddha. Dit geloof komt alleen in Vietnam voor.
De Chinese wijk Cholon in Ho Chi Minh City heeft een drukke markt die je
niet over mag slaan. In deze wijk ligt ook de Thien Hau pagode
uit de 18e eeuw. Hij is gewijd aan de Chinese godin van de zee.